Maarten Bakker, Algemeen directeur bij Hercuton en Woody Builders, over houtbouw:“Ik wil het eerste volledig houten dc neerzetten”

Waar het met de bouw van logistieke centra heen gaat? Maarten Bakker, algemeen directeur van bouwers Hercuton en Woody Builders, is er duidelijk over. “Zo min mogelijk CO2 gebruiken in het bouwproces en het gebouw. En wat is er dan beter dan houtbouw dat zelfs CO2 opslaat en je als bouwmateriaal kunt hergebruiken?!”

JAJO, waar Hercuton en Woody Builders onderdeel van uitmaken, is een overkoepelende organisatie van 33 zelfstandige bouwgerelateerde bedrijven, met in totaal ruim duizend medewerkers in dienst. Bakker: “We kregen steeds meer vraag vanuit opdrachtgevers om, vanuit de duurzaamheidsgedachte, hout toe te passen bij onze projecten. Om kennis op te bouwen en daadwerkelijk met hout aan de slag te gaan, hebben we toen Woody Builders opgericht. Ook vanuit de gedachte dat je met hout heel goed repeterend kunt bouwen.” Bakker maakt vrijwel meteen onderscheid tussen volledige houtbouw en hybride houtbouw. “Dat laatste is bijvoorbeeld een combinatie van hout met staal en beton. Het zou echt mooi zijn als er een projectontwikkelaar in het logistiek vastgoed opstaat die met ons de uitdaging aangaat om een volledig houten distributiecentrum neer te zetten, maar tot nu toe zijn de dc’s vaak hybride.”

Sterkte van beton
Dat komt, legt Bakker uit, omdat vaak de sterkte van beton nodig is voor de kolommen. “Die kunnen ook van hout gemaakt worden, maar dan worden ze groter, moet je windverbanden gebruiken en dan heb je voor de binnenruimte minder flexibiliteit. Logistieke vastgoedpartijen willen graag een zo groot mogelijke open binnenruimte om deze flexibel naar hun behoefte te kunnen aanpassen. Daarbij komt dat het probleem minder groot is als je met een vorkheftruck tegen een betonnen kolom aanbotst. Daarom kiezen gebouweigenaren of logistieke vastgoedontwikkelaars vaker voor betonnen kolommen. Dakliggers kunnen daarentegen wel weer van hout zijn. Dat scheelt in het gewicht van het gebouw, maar het ziet er gewoon ook fraaier uit.” Hout levert een fijnere werkplek op, zegt Bakker. “Een aantal distributiecentra hebben we van hout voorzien. Van gebruikers zoals Crocs en DHL krijgen we terug dat medewerkers het een prettige werkplek vinden. Dat, naast de opslag van CO2, is winst.”

Grootste e-commerce sorteercentrum
In Zaltbommel realiseerde Hercuton met Woody Builders een nieuw sorteercentrum van 30.000 vierkante meter. “Het grootste e-commerce sorteercentrum van Nederland dat volledig gasloos is”, aldus Bakker. Het gebouw is uitgerust met voldoende zonnepanelen om zelfvoorzienend te zijn in stroom. Ook voor het opladen van elektrische bestelauto’s en vrachtwagens. Het pand heeft het duurzaamheidslabel BREAAM-excellent. “DHL heeft als missie om in 2050 op nul CO2-uitstoot te komen en ook het logistieke vastgoed moet hier een bijdrage aan leveren. In Zaltbommel, maar ook bij een soortgelijke ontwikkeling in Dordrecht hebben we hout toegepast. We gebruikten in Dordrecht FSC- en PEFC-hout. We hebben daar de gelamineerde houten spanten gebruikt en een waterberging gerealiseerd. Die houten dakspanten geven, net als in Zaltbommel, het gebouw van binnen een vriendelijke uitstraling. Het pand in Dordrecht is gasloos en voorzien van zonnepanelen. Daarmee wordt onder andere elektriciteit opgewekt voor de energiezuinige ledverlichting, de elektrische heftrucks en personenauto’s en de centrale sorteerinstallatie met een capaciteit van 200.000 pakketten per dag. Het sorteercentrum in Dordrecht heeft een BREEAM-outstanding-certificering.”

Duurzaam gebouw krijgt de voorkeur
Een derde van de omzet is duurzaam, twee derde is nog traditionele bouw, schat Bakker in. “Maar we zien wel dat er vanuit ondernemers, financiers en beleggers steeds meer vraag komt naar duurzame gebouwen. Mede ingegeven door de Europese duurzaamheidsrichtlijn CSRD die van grote bedrijven vereist dat ze rapporteren over hun duurzaamheid. Daarbij komt dat veel van die bedrijven een doelstelling hebben om op nul C02-uitstoot te komen. Veelal in 2030. Dan moet je met je vastgoed dus ook flink verduurzamen. Je ziet bij kantoren dat dat een beweging naar duurzaam vastgoed met een energielabel A oplevert in de buurt van openbaar vervoer knooppunten. Daardoor wordt vastgoed met een  ‘laag’ label op een slecht bereikbare plaats minder waard. De verwachting is dat – op termijn – die ontwikkeling zich ook voordoet bij logistiek vastgoed dat niet is verduurzaamd. Als je de keuze hebt, dan kies je als logistieke partij voor een dc dat duurzaam is en efficiënt met energie omgaat. Ook daar gaat het duurzame gebouw de voorkeur krijgen.”

Kortere bouwtijd
Woody Builders heeft een concept ontwikkeld waarin een kantoor tot zes bouwlagen hoog in hout kan worden gebouwd”, legt Bakker uit. “In principe kun je dus een dc ook volledig van hout bouwen.” Die uitdaging gaat hij graag aan met een opdrachtgever. “Om te laten zien wat er allemaal kan met hout, hebben we vlak bij ons kantoorpand in Nieuwkijk een heus houtlab opgericht. Daar kun je bijvoorbeeld zien dat je met circulaire en biobased materialen een akoestisch plafond kunt maken, maar ook een hoofddraagconstructie of gevelbeplating. Hout slaat CO2 op, is licht en leent zich goed voor prefabricage. Hierdoor heb je een aanzienlijk kortere bouwtijd nodig dan bij traditionele bouwmethoden. Het gebouwontwerp vertalen we naar houten elementen die we in de fabriek prefabriceren. Deze elementen transporteren we kant-en-klaar naar de bouwplaats en assembleren we daar. Een misverstand is dat een houten gebouw minder lang meegaat dan een gebouw van beton, maar niets is minder waar. Daarbij komt dat je een houten gebouw uit elkaar kunt halen en ergens anders weer kunt opbouwen. In feite behoud je dan dus juist de waarde.”

Houten uitstraling
“Opdrachtgevers vallen voor de houten uitstraling”, constateert Bakker. “Dat gecombineerd met het opslaan van CO2 maakt een goede propositie. Daarmee behoren beton en staal niet tot het verleden. Ook daar zijn genoeg ontwikkelingen. Zo zijn er nieuwe betonsoorten met minder cement, kun je slanker construeren, maar zie je ook het hergebruik van betonelementen en demontabel bouwen. Denk ook aan Circulairstaal dat ook lid is van Dilas. Dat bedrijf biedt bij iedere nieuwe circulaire staalconstructie een terugkoopgarantie aan en zij demonteren, hergebruiken en hermonteren bestaande staalconstructies. In de toekomst zien we voor de bouw een soort groothandels ontstaan die naast nieuwe materialen ook hergebruikte materialen aanbieden. Daarnaast zal er, vanwege het ruimtegebrek, in Nederland ook meer focus komen op het hergebruik van gebouwen. Kortom, het aanpassen van brownfields voor een nieuwe functie.”

Functie van materialen
Ieder materiaal heeft zijn eigen functie. “Je kunt hout van binnen naar buiten laten lopen, waarbij je veel minder gevoelig bent en er geen koudebrug ontstaat. Buiten gebruiken we vaak larikshout. Binnen passen we veelvuldig vurenhout toe. Je moet, zeker voor buiten, wel een beschermende laag op het hout aanbrengen. Let wel, voor de fundering zullen we nog steeds beton nodig hebben. Dat zie ik niet zo snel veranderen. Alhoewel ook daar nagedacht wordt over polymeerbeton dat overwegend bestaat uit natuurlijke minerale grondstoffen, zoals kwarts, basalt en graniet.”     

Van buiten naar binnen
Tot slot: Bakker vindt dat logistieke centra niet alleen van binnen naar buiten moeten worden ontworpen maar van buiten naar binnen. “Om zo een betere inpassing in het landschap mogelijk te maken. Het logistiek vastgoed moet in de toekomst een functie hebben voor zijn omgeving. Dus gebruik bijvoorbeeld het dak als energievoorziening. Zorg voor een prettige omgeving. Bij een dc in Hulst hebben we, op basis van wensen van een natuurvereniging, bomenrijen geplaatst en voor aanplant gekozen om het aanzicht groener te maken. Denk ook aan groene wanden of aan een aarden wal om een dc in te passen. Dit soort maatregelen worden een must. We merken steeds vaker dat nationale, regionale en lokale overheden steeds meer duurzaamheidseisen stellen aan logistiek vastgoed. Als projectontwikkelaars en bouwers moeten we daarom wel mee. Eigenlijk zou je vanuit een intrinsieke motivatie om de wereld goed achter te laten voor de volgende generaties, hiermee aan de slag moeten. Maar als dat je al niet overtuigt, dan is er wel de wet- en regelgeving die je daartoe dwingt. Feit is dat houten gebouwen toekomstbestendig zijn. Tot nu toe komt dat nog niet in de taxaties van vastgoed tot uiting omdat deze mede gebaseerd zijn op transacties uit het verleden.”